Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Onttrekken grondwater, milieubelasting en milieuverdienste

Emissies naar lucht

Bij het onttrekken van grondwater komen geen stoffen vrij. Wanneer het onttrokken verontreinigde grondwater vluchtige stoffen bevat en deze stoffen via biologische zuivering of luchtstrippen worden behandeld, treden emissies naar de lucht op. Dit is echter een gevolg van de zuiveringsmethode van het onttrokken grondwater en niet van het onttrekken op zich. De omvang van de emissies naar de lucht is afhankelijk van de aanwezigheid van afgaszuiveringstechnieken en het deugdelijk monteren van de zuiveringsinstallatie, zodat geen ongecontroleerde lekverliezen kunnen optreden. Voor meer informatie over technieken voor het zuiveren van afgas zoek op afgas.

Emissies naar water

Het onttrokken grondwater bevat verhoogde concentraties aan verontreinigingen en vaak ook macroparameters zoals ijzer. Afhankelijk van de lozingseisen zal het water al dan niet gezuiverd dienen te worden. Voor meer informatie over technieken voor het zuiveren van vrijkomend grondwater zoek op grondwater.

Afvalstoffen

Bij het plaatsen van onttrekkings- en infiltratiefilters komt een afvalstroom vrij in de vorm van afgegraven, mogelijk, verontreinigde, grond. Daarnaast kan bij het zuiveren van verontreinigd grondwater een afvalstroom vrijkomen in de vorm van actieve kool of verontreinigd slib. In de meeste gevallen worden deze afvalstromen gestort. Wanneer een regenereerbaar actieve koolfilter wordt gebruikt kan de kool worden hergebruikt.

Overlast

Het onttrekken van grondwater bezorgt relatief weinig overlast aan de omgeving. De onttrekkings- en infiltratiefilters worden meestal ondergronds aangelegd, zodat hierdoor geen overlast optreedt. Bebouwing kan blijven bestaan en wegen hoeven niet te worden opengebroken; bij de aanleg van de installatie en eventueel de zuiveringsinstallatie kan evenwel gedurende een korte periode overlast ontstaan.

Als gevolg van het onttrekken van grondwater kan zetting van de bodem optreden, doordat een deel van de verzadigde zone in de bodem onverzadigd raakt. Uit evaluatiegegevens van een aantal projecten en interviews met projectleiders blijkt echter dat deze zettingen goed ingeschat kunnen worden aan de hand van zettingsberekeningen en dat daardoor eventueel noodzakelijke maatregelen (bv. infiltratie) in de praktijk vroegtijdig worden getroffen. Er zijn voor zover bekend geen noemenswaardige problemen als gevolg van onverwachte zettingen opgetreden.

Geluidsoverlast kan optreden via pompen en generatoren. Dit is deels te voorkomen door deze in geluiddichte containers te plaatsen. Bij het gebruik van bepaalde waterzuiveringstechnieken kan stankoverlast optreden.

Verdroging

Het onttrekken van grondwater heeft effect op de in de bodem aanwezige drinkwatervoorraad. Daarnaast wordt door grondwateronttrekking verdroging veroorzaakt. Er is een duidelijke trend waarneembaar dat het onttrekken van grondwater in het kader van een bodemsanering gecompenseerd moet worden door het infiltreren van het water na zuivering. De vergaande zuivering en de infiltratie met mogelijke verstoppingsproblemen kunnen tot sterke kostenverhoging leiden waarmee bij afweging van onttrekkingsvarianten rekening moet worden gehouden.

Milieuverdienste

Bij grondwateronttrekking geldt dat alle ‘offers’ gerelateerd zijn aan het opgepompte en te reinigen water. Het oppompen van water vereist energie en legt bovendien beslag op de grondwatervoorraad. Indien dit laatste wordt voorkomen door bijvoorbeeld infiltratie van het gereinigde water, treedt opnieuw energieverbruik op. Voor een optimalisatie van een grondwateronttrekking op milieuverdienste is het dus bijzonder relevant om naast de kwaliteit van het te onttrekken water tevens te kijken naar het debiet en tijdsduur van de onttrekking.

Bovendien kan geoptimaliseerd worden tussen het gebruik van schoon grondwater en energie. Dit geldt het sterkst in gebieden met een verdrogingsproblematiek. Daarnaast bestaat een sterke correlatie tussen energieverbruik benodigd voor de onttrekking en infiltratie van water en de daardoor veroorzaakte luchtverontreiniging.

Bij lozing op het oppervlaktewater spelen de vrachten verontreinigende stof een belangrijke rol, maar bij lozing op het riool speelt het (toegevoegd) energieverbruik, hetgeen significant is, van de rioolwaterzuiveringsinstallatie een rol.

Finaal afval ontstaat veelal bij de waterzuiveringsinstallatie, bijvoorbeeld in de vorm van verbruikt actief kool. Het ruimtebeslag van deze saneringstechniek is veelal eveneens gerelateerd aan de waterzuiveringsinstallatie.

Kortom, een score op milieuverdienste van een grondwateronttrekking is sterk afhankelijk van de gekozen waterkringloop: netto onttrekkingsdebiet, verwerking van onttrokken water en verwachte concentraties in onttrokken water.