Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Natte reiniging grond, kosten

6 KOSTEN(Zie literatuurverwijzing 5)

In onderdeel D1 zijn de algemene aspecten van de verwerkingsprijs uiteen gezet en is de opbouw van de verwerkingsprijs gepresenteerd. In de volgende paragrafen worden de verschillende kostenposten voor natte reiniging besproken.

6.1 Financiële lasten

De investering in de natte grondreinigingsinstallaties is gemiddeld lager dan die bij de thermische technieken. Omdat bij natte reiniging grote verschillen bestaan in de uitvoeringsvormen, van zeer eenvoudige tot uitgebreide installaties met polishing van de zandfractie, zijn de verschillen in de investeringsniveaus groot. Daarnaast past elk bedrijf zijn eigen strategie toe bij het doen van investeringen voor aanpassingen en wijzigingen van de installatie.
De benodigde investering voor het realiseren van een nieuwe installatie is lager dan de historische cumulatieve investeringen van de bestaande installaties. Met name in de ontwikkelingsfase hebben de natte grondreinigers een aanzienlijk leergeld betaald, dat in de investeringsbedragen is opgenomen.

De afschrijving van de installaties wordt mede bepaald door technische veroudering, waardoor de installatie en de gebouwen na een aantal jaren vervangen moeten worden. Onderdelen die onderhevig zijn aan slijtage worden regelmatig vervangen.
De afschrijving wordt naast de technische veroudering grotendeels bepaald door de procesmatige veroudering (nieuwere technieken, goedkopere technieken, grotere capaciteit, ...).
Een deel van de Nederlandse natte grondreinigingsinstallaties is ouder dan 6 jaar, een deel jonger. Een aantal niet vernieuwde onderdelen zijn reeds afgeschreven. Welke de werkelijke afschrijvingen zijn is niet aan te geven.
De financiële lasten per ton capaciteit zijn lager naarmate de capaciteit hoger is.

6.2 Onderhoud

In hoofdstuk D3.3.5 is uiteengezet dat de installaties veelal in dagdienst worden bedreven en dat twee- en meerploegensystemen slechts worden toegepast wanneer dat uit het oogpunt van capaciteit of economie gunstig wordt geacht. Onderhoud kan daarom in de avond- en weekenduren plaatsvinden. Het onderhoud van natte grondreinigingsinstallaties is sterk afhankelijk van de complexiteit van de installatie, en ligt in de range € 1,- tot € 3,- per ton verwerkte grond.

6.3 Personeel

Het personeelsbestand van de natte grondreinigingsinstallaties is afhankelijk van de ingewikkeldheid van de installatie. Meestal wordt de installatie bedreven door een ploeg van circa 4 personen (minimaal 2).
De volgende taken worden toegewezen aan het personeel:
- controle besturingssysteem;
- onderhoud installatie;
- voeding installatie;
- controle emissies en kwaliteitscontrole grond;
- leiding team;
- administratie.
In de praktijk zijn voor een natte grondreinigingsinstallatie tussen 5 en 15 personen nodig.

6.4 Energie

Het energieverbruik van natte grondreiniging betreft voornamelijk het verbruik van elektriciteit van de pompen in het systeem. Wanneer de deagglomeratie intensief is, zoals bijvoorbeeld bij intensief "scrubben" of een hoge druk reinigingseenheid, neemt het energieverbruik toe. Het energieverbruik ligt in de range van 10 tot 20 kWh per ton verwerkte grond.

6.5 Hulpstoffen

De voornaamste hulpstoffen worden toegepast voor de scheiding van de fijnste fractie, coagulanten en flocculanten. Per ton gescheiden fijne fractie (droge stof) wordt een bedrag van € 1,- tot € 5,- besteed aan hulpstoffen.

6.6 Afzet

De kosten voor de afzet van het residu worden beperkt door zo min mogelijk residu te storten. De stortkosten zijn hoog: van € 30,- tot € 60,- per ton residu. De kosten zijn afhankelijk van het gehalte aan fijne fractie in de te behandelen grond. Zij kunnen enkele tientallen euro’s per ton verwerkte grond bedragen. Uit onderstaande tabel is af te lezen in welke mate de hoeveelheid fijne fractie (=slib) de uiteindelijk stortkosten per ton gereinigde grond beïnvloedt. Hierbij wordt ervan uitgegaan dat de uiteindelijk te storten slibkoek een droge stof gehalte heeft van 50%, en dat de stortkosten incl. transport € 50,- per ton zijn.

Tabel D3.4 Kosten residu afhankelijk van het slibgehalte

Droge stof invoer [%]

90

85

80

70

Percentage <63 µm [% van d.s.]

10

15

20

30

Hoeveelheid slibkoek/ton [kg]

180

255

320

480

Stortkosten per ton te reinigen grond [€]

9,00

12,75

16,00

24,00

De kosten van afzet van het gereinigde product zijn afhankelijk van de samenstelling. Bij natte reiniging is het product afzetbaar als zand. De afzetkosten bedragen € 0,- à € 3,- per ton, inclusief transport, analyses, keuringskosten, etc.

6.7 Analyses

De reinigbaarheid van grond door natte grondreiniging wordt bepaald door de kwaliteit van de grond enerzijds en de verschijningsvorm van de verontreinigende stof anderzijds. In de praktijk worden op de installaties veel testen uitgevoerd om te bepalen welke processtappen en welke procesomstandigheden leiden tot het gewenste reinigingsresultaat.

De kosten voor analyses zijn opgebouwd uit de volgende posten:
- vooronderzoeken;
- kwaliteitscontrole invoer;
- kwaliteitscontrole uitvoer.
De kosten van de kwaliteitscontrole invoer is afhankelijk van de partijgrootte.
De controle van de uitvoer gaat per tijdperiode en daardoor zijn de kosten per ton invoer mee afhankelijk van de capaciteit.
De totale analysekosten bedragen € 0,50 à 5,- per ton invoer.

6.8 Opslag en logistiek

De grondreinigingsbedrijven hebben alle een bedrijfsmatige opslagplaats. De bewerkingen zoals laden, lossen, wegen, afdekken van grond, het onderhoud aan de opslagplaats vormen een aanvullende kostenpost die snel meer dan € 5,- per ton invoer bedraagt.

6.9 Totale kosten

De huidige commerciële prijs van de natte grondreiniging in Nederland ligt in de bandbreedte van € 30,- tot € 45,- per ton verwerkte grond (inclusief afvoer reststoffen).

6.10 Opbouw van de kosten

In de volgende tabel wordt een gemiddelde kostenopbouw gegeven zoals die gold in 1997. Vanzelfsprekend kan deze onderlinge verdeling variëren afhankelijk van de soort grond (immers capaciteitsbepalend) en de installatie.

Tabel D3.5 Opbouw van de kosten

kostenpost

relatief aandeel [%]

vast/variabel

financiële lasten

25

vast

onderhoud

10

vast

personeel

20

vast

energie

5

variabel

hulpstoffen

7

variabel

afzet residu

0*

variabel

analyses

10

variabel

opslag en logistiek

15

variabel/vast

totaal

100

55% vast;

45% variabel

*De kosten van de afzet van residu zijn niet opgenomen in deze tabel, zie §6.6.