Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Isolatie, verticale afdichting, uitgangspunten voor het ontwerp, technieken gebaseerd op grondverdringing

Een verticale afdichting kan worden aangebracht door een geprefabriceerd wandelement in de bodem te heien, te trillen of te drukken. Bij de toepassing van deze technieken kunnen zettingen in de bodem optreden. Een ander aspect dat van belang is, is de verstoring van slecht doorlatende lagen bij het aanbrengen. Het inspuiten van water onder het damwandelement is in de laatste fase van het inbrengen minder gewenst omdat ook hierbij de bestaande slecht doorlatende lagen kunnen worden verstoord.

De meeste geprefabriceerde damwandelementen hebben op zich een zeer lage doorlatendheid. De doorlatendheid van de gehele wand wordt voornamelijk bepaald door de kwaliteit van de aansluitingen van de afzonderlijke elementen en de aansluiting op de onderafdichting.

Stalen damwanden
Stalen damwanden kunnen worden aangebracht door heien, trillen en drukken (met of zonder spuiten). De keuze van de installatietechniek is voornamelijk afhankelijk van het type bodem en van eisen ten aanzien van hinder aan de omgeving door trilling en schokgolven. Vooral in de civiele techniek is veel ervaring opgedaan met het gebruik van stalen damwanden (voor meer informatie zoek ook op stalen damwanden). Voor uitvoering en ontwerp bestaan de nodige richtlijnen en handboeken, waaronder het in 1993 verschenen CUR-Handboek (zie literatuurverwijzing 2).

De doorlatendheid van een stalen damwand wordt voornamelijk bepaald door de mate waarin de afzonderlijke delen door middel van zogenoemde ‘sloten’ op elkaar aansluiten. De kwaliteit van de uitvoering (voorkomen van het ‘uit het slot lopen’) speelt een rol evenals de kwaliteit van de afdichting van de sloten zelf. Speciale slotconstructies beperken het risico van het uit het slot lopen bij het heien van damwandelementen. Raaksensoren, die in het slot worden gemonteerd, zijn in staat het uit het slot lopen te signaleren. Als dit wordt geconstateerd dient de plank opnieuw te worden aangebracht. Voor de uitvoering van waterdichte sloten zijn diverse technieken op de markt.

De levensduur van stalen damwanden kan worden verlengd door coatings toe te passen die niet worden aangetast door de in de bodem aanwezige verontreinigende stoffen; ook kan worden gekozen voor extra dikte of het aanbrengen van een kathodische bescherming.

De toepassing van stalen damwanden is beperkt tot diepten van circa 30 meter, afhankelijk van het type bodem, in grof zand bijvoorbeeld belangrijk minder (circa 20 meter). Stalen damwanden hebben de voorkeur boven folie- of dunne cement-bentonietwanden als de wand ook gronddrukken moet kunnen opvangen.

Stalen damwanden als verticale afdichtingswand zijn in het recente verleden toegepast bij de isolatie van onder andere:

Kunststof damwanden
Het gebruik van kunststof damwanden is beperkt om economische redenen en om de beperkte sterkte en stijfheid van de elementen, die het inbrengen in de bodem bemoeilijkt. Kunststof damwanden zijn in ons land voor zover bekend niet toegepast als verticale afdichting. Wel is er een proef mee gedaan in de Volgermeerpolder in Amsterdam. Deze techniek zal niet verder worden behandeld (voor meer informatie zoek ook op grondwaterkerende schermen).

Foliewanden
In de Verenigde Staten en Japan worden verticale wanden bestaande uit kunststof-folies uitgevoerd. In ons land is deze techniek op beperkte schaal toegepast. De HDPE-foliebanen worden op stalen frames gespannen waarna het frame, al dan niet onder het onder druk toevoegen van water, in de bodem wordt getrild. Er zijn kunststof schermen ontwikkeld die bestaan uit een HDPE-folie (dikte 1,5-2,2 mm) met een aangelaste, uit HDPE geëxtrudeerde, slotconstructie (dikte 5 mm). Deze slotconstructie is (beperkt) trekvast en bevat een in een groef aangebracht neopreen expansieprofiel. Omdat door de inbrengmethode de bodem onder het frame wordt verweekt, moet een eventuele aansluiting op een slecht doorlatende laag, bijvoorbeeld door middel van ‘grouting’, worden afgedicht. De toepassing is beperkt tot weinig weerstandbiedende bodems. Op dit moment is 15 meter een maximaal haalbare diepte. Foliewanden kunnen geen gronddrukken opvangen (voor meer informatie zoek ook op grondwaterkerende schermen). Foliewanden worden nog steeds weinig toegepast. Wel worden folies met succes in ‘combinatie-wanden’ toegepast (voor meer informatie zoek ook op technieken gebaseerd op vervanging van grond).

Ook worden combinaties van kunststoffolie en bijvoorbeeld cementbentoniet toegepast. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de IBC-sanering van de Diemerzeedijk te Amsterdam

Zoek ook op technieken gebaseerd op injectie voor meer informatie over technieken waarbij een sleuf wordt gevormd door grondverdringing d.m.v. het intrillen van schotten e.d., waarna bij het trekken de gevormde ruimte wordt opgevuld.