Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Baggeren en transporteren, principe van de techniek, emmerbaggermolen

De emmerbaggermolen is een continue werkend graafwerktuig voorzien van een gesloten ketting met graafemmers. Door rotatie van de emmerketting zorgen de emmers voor de ontgraving en het verticale transport van de baggerspecie. Aan de bovenzijde van de ketting worden de emmers door de boventuimelaar in een goot gekeerd die uitmondt in langszij gelegen bakken.

De emmerbaggermolen is verankerd met ankerdraden op zes ankers. Men onderscheidt daarbij twee voorzijankers en twee achterzijankers, een boeg- en een achteranker. Met dit ankersysteem wordt een zijwaartse zwaaibeweging gemaakt met als rotatiepunt de verankering van het boeganker. Na elke zwaaibeweging wordt naar voren gestapt door de boegdraad aan te halen en de achterdraad te vieren. De staplengte (pallengte) varieert daarbij tussen de 0,2 m en 0,8 m. De verhaalsnelheid en baggersnede moeten zodanig op de emmerkettingsnelheid zijn aangepast dat de mors minimaal is. De werkwijze van de baggermolen maakt het mogelijk om relatief grote oppervlakken nauwkeurig af te graven. Mits de ontgravingssnelheid en de transportcapaciteit van de emmers zorgvuldig op elkaar zijn afgestemd, is de toevoeging van water beperkt. De toevoeging van water is eveneens afhankelijk van de stand van de emmers op de ladder die bepaald wordt door de ladderhoek. Baggerspecie met water wordt in een langszij liggende bak afgevoerd.

De boegdraad geeft men bij voorkeur een lange lengte ten behoeve van een gunstige vorm van de baggersnede met betrekking tot de benodigde graafkracht. De lengte van de boegdraad kan variëren van 500 tot 1000 m. De zijdraden kunnen bij een beperkte kanaalbreedte op de wal worden verankerd. Indien dicht bij een kade moet worden gebaggerd, wordt voor de verankering (zij- en boegdraad) gebruik gemaakt van zogenaamde rijers waarop de zijdraden met een klapschijf worden gezet. Bij de keuze van een emmerbaggermolen dient rekening te worden gehouden met passerende schepen. De werkwijze van de emmerbaggermolen met ankersysteem in ruim water, is weergegeven in onderstaande figuur.

De emmerbaggermolen is geschikt voor het ontgraven van elk type grondsoort maar is met name geschikt voor het ontgraven van samenhangende grond. Afhankelijk van de grootte kunnen zij baggeren tussen diepten van 5 en 20 m. Baggerdiepten tot 40 m zijn met speciaal equipment ook realiseerbaar. Naast het omgaan met mors en vertroebeling moeten, bij gebruik van een emmerbaggermolen voor het baggeren in verontreinigde grond, maatregelen worden genomen om verspreiding van baggerspecie te voorkomen als gevolg van het ontsnappen van de in de omgekeerde emmer opgesloten lucht tijdens het graafproces, het transport langs de ladder van de emmers en het lossen van deze emmers over de boventuimelaar. Deze maatregelen bestaan onder meer uit:

  • Het inkapselen van de ladder.
  • Het afdichten van de randen en aansluitingen van de stortgoot.
  • Het voorzien van een ontluchtingssysteem in alle emmers. Dit systeem zorgt ervoor dat de in de omgekeerde emmer opgesloten lucht kan ontsnappen voordat met de emmer gegraven wordt, dat de emmer weer gesloten is zodra deze gevuld omhoog gaat en er lucht onder de specie komt bij het lossen van de emmer. Op deze wijze wordt voorkomen dat opwervelende lucht baggerspecie in suspensie brengt en wordt het lossen van de emmer vergemakkelijkt.
  • Het schoonspuiten van de emmers ter plaatse van de boventuimelaar met jets. Het water en de vrijkomende specie worden daarbij opgevangen en afgevoerd naar de transportbak. Jetwater werkt uiteraard iets verdunnend op de baggerspecie.