Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

In situ aanpak van waterbodems, Kansen voor toepassing

Het voorgaande in beschouwing nemend, lijkt het niet verwonderlijk dat nog weinig ervaring aanwezig is met in situ aanpak van verontreinigde waterbodems. De volgende knelpunten worden gesignaleerd:

  • De aanleg van de gewenste procescondities is gecompliceerd.
  • De aanleg van de gewenste procescondities kan een negatief effect op het watersysteem hebben.
  • Het rendement van technieken is nog onbekend.
  • Voor cocktails is veelal een meervoudige aanpak nodig.
  • De risico’s van verspreiding van omzettingsproducten zijn onbekend.

Voor de omzetting, extractie of immobilisatie van verontreinigende stoffen moeten vaak procescondities (pH, zuurstof, toeslagstoffen, temperatuur) worden aangelegd, die in situ moeilijk te realiseren zijn. Ook is de situatie in situ minder controleerbaar, zodat risico’s voor het milieu ontstaan.
Het rendement van (micro)biologische technieken is niet op voorhand te voorspellen en kan leiden tot zeer lange verwerkingsperioden, waarbij het eindresultaat onbekend blijft.
Wanneer de waterbodem is vervuild met zowel zware metalen als organische microverontreinigingen, zijn weinig opties mogelijk.

Toepassingsgebied van in situ technieken

 

PAK en olie

Cl-omive

Metalen

Cocktails

Omzetting bacterieel

ja (aëroob)
ja (an- → aëroob)
Ja, de vorming van sulfiden
Ja, door wisselende condities afbraak van PAK, omive's en immobilisatie van metalen

Omzetting planten

?/ja
?/ja
nee
nee

Omzetting chemisch

?/ja
?/ja
nee
nee

Immobilisatie chemisch

?/ja
?/ja
?/ja
?/ja

Immobilisatie planten

nee
nee
ja
nee

Extractie chemisch

?/ja
?/ja
?/ja
?/ja

Extractie planten

nee
nee
ja
nee

Isolatie capping

ja
ja
ja
ja

Isolatie kleilaag

ja
ja
ja
ja

Monitoring

ja
ja
ja
ja

 

Mogelijk

ja

 

 

Onbekend/minder gewenst

?/ja

 

 

Niet mogelijk

nee

 

 

Hoewel tot nog toe weinig uitvoerbare technieken bestaan voor de in situ aanpak van verontreinigde waterbodems, kan dit op de lange termijn mogelijk veranderen. Hierbij speelt de ontwikkeling in het beleid, alsmede de toenemende kennis omtrent risico’s van stoffen, een belangrijke rol. Functioneel saneren, beoordeling op basis van risico’s in plaats van op basis van gehalten, behoort tot de algemene trends in de beleidsontwikkeling.

Wanneer risico’s onder controle blijven en meer tijd gegund wordt voor reiniging (extensieve concepten en functionele saneringen), kan het mogelijk zijn in situ reinigingen uit te voeren. Voor organische stoffen is bacteriële omzetting een relatief kansrijk concept. De effectiviteit van de reiniging zal hierbij afhangen van de zuurstofinbreng. Het aanbrengen van zijgeulen, strangen en het tijdelijk afsluiten van locaties behoren tot de meest kansrijke opties. Hierbij kunnen dan verschillende, milieuvriendelijke opties worden beproefd (toepassing van beplanting, anoxische/oxische perioden).

Voor cocktails zijn alleen chemische immobilisatie en chemische extractie een optie. Het gebruik van toeslagstoffen stuit vooralsnog op bezwaren. Een andere mogelijkheid vormt die van beplanting. De wortels kunnen zorgen voor de inbreng van zuurstof in de bodem, waardoor bacteriële omzetting van organische stoffen mogelijk wordt. Tevens kunnen metalen aan de wortels adsorberen of in de planten worden opgenomen.

Met name in het kader van actief bodembeheer, ondersteund door proefprojecten die uitvoerig gemonitoord worden, kan deze aanpak mogelijk verder ontwikkelen.