Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Bestemmen van baggerspecie en producten, Toepassen producten uit baggerspecie in waterbouw

Hieronder worden de verschillende mogelijkheden voor toepassing van (producten uit) baggerspecie in waterbouw uiteengezet.

Breuksteen (stortsteen)
Breuksteen wordt in de waterbouw toegepast ter bescherming van kust- en oeverwerken. Het materiaal moet deze werken beschermen tegen de inwerking van bijvoorbeeld golf- en getijdenbewegingen. Bekend zijn de basaltblokken tegen de dijken langs de grote rivieren en de kust. Deze basaltblokken liggen op de afdeklaag aan die zijde en over die hoogte waar het rivier- of zeewater kan komen.
Kunstbasalt voldoet aan de civieltechnische normen die voor breuksteen in waterbouwtoepassingen zijn opgesteld. De eisen omhelzen eisen als dichtheid, stabiliteit, duurzaamheid (bestand tegen klimaat, water, golfslag en dergelijke) en vorstbestandheid. Er zijn geen grote technische belemmeringen voor de toepassing van kunstbasalt als breuksteen. Concurrenten zijn fosforslak, staalslak, natuursteen en beton. Alleen materialen die behoren tot de groep bouwstoffen die voldoen aan de maximale samenstellings- en emissiewaarden van het Besluit bodemkwaliteitzijn geschikt voor deze toepassing.

Zetsteen
Op elkaar aansluitende glooiingselementen (zetsteen) worden over het algemeen aan de top van de waterkerende constructie toegepast. Hierbij is het overigens niet de bedoeling een gesloten bedekking te creëren.
Zetsteen onderscheidt zich van breuksteen met name door de vorm. Zetsteen heeft een (redelijk) gelijkmatige geometrische vorm, terwijl breuksteen onregelmatig van vorm is. Voorheen werden basaltzuilen als zetsteen toegepast in de waterbouw. Basaltzuilen hebben namelijk een kenmerkende vijf- tot zeszijdige, onregelmatige doorsnede die ontstaat bij afkoeling van het nog vloeibare gesteente. Door deze zuilvorm kunnen losse basaltelementen in elkaar gepast worden en ontstaat een stabiele bedekking.
De laatste jaren wordt er nog nauwelijks natuursteen toegepast als zetsteen. Tegenwoordig worden betonelementen en betonzuilen toegepast. Hoewel uit onderzoek blijkt dat kunstbasalt in deze functie goed toepasbaar zou zijn, moet deze toepassing nog van de grond komen.

Afdeklaag
Een afdeklaag is een laag op het talud van de dijk ter bescherming van onderliggende materialen tegen erosie, de inwerking van begroeiing en dergelijke. Verder dient de afdeklaag als standplaats voor de vegetatie (over het algemeen gras). Zie figuur bij toepassen van (producten uit baggerspecie) in wegenbouw (=zoekadvies). Voor deze toepassingen is het van belang dat het interne deel van de dijk niet wordt aangetast door externe invloeden (mens, dier, vegetatie, erosie, etc). Deze afdeklagen zijn over het algemeen slecht doorlatend, goed samenhangend, erosiebestendig, mechanisch en chemisch bestendig (zie ook TAW-rapport ‘Klei voor dijken).
Verder is het van belang dat de vegetatie de kans krijgt wortel te schieten. De buitenzijde van de afdeklaag dient derhalve minder verdicht te worden dan de binnenzijde. Uiteraard worden aan de afdeklaag constructieve eisen gesteld, zoals dikte, hellingshoek en het type bekleding.

Voor deze toepassing is schone grond geschikt en grond of baggerspecie waarvan de kwaliteit past bij de functie van de locatie en bij de kwaliteit van de omliggende bodem.Met betrekking tot de producten uit baggerspecie dient rekening gehouden te worden met een bepaald maximum vochtgehalte bij het aanbrengen van de afdeklaag in verband met de verwerkbaarheid. Verder dient het materiaal voldoende homogeen te zijn, waarbij gelet moet worden op: zand en andere grofkorrelige insluitingen, grove verontreinigingen, grote lokale variatie in eigenschappen.