Sturing bij in situ saneringen, generieke kenmerken calamiteiten
Onderstaand zijn generieke kenmerken gegeven voor calamiteiten bij een in situ sanering
- Onderschatting
In het algemeen wordt het falen van een in situ sanering veroorzaakt door een onderschatting van de complexiteit van het systeem. Op de gevoeligheid van de bodem voor systeemveranderingen of de mate van invloed op het bodemsysteem wordt onvoldoende geanticipeerd. - Onvoldoende kartering en systeembegrip
De aanwezigheid van puur product is niet bekend en zorgt voor ontoelaatbare vertraging. Het complexe gedrag van metaalspeciaties is niet begrepen en zorgt voor onherstelbare vastlegging. - Ongecontroleerde emissies
Door falende zuivering of ongecontroleerde luchtstromen worden niet-toelaatbare hoeveelheden verontreiniging geloosd in lucht of water.