Bouwstoffase asfalt in kust- en oeverwerken
Zie [Constructief gedrag en materiaaleigenschappen] voor de legenda bij deze figuur.
In de waterbouw wordt asfalt in (bitumineus) gebonden dijk- en oeverbekledingsconstructies en als waterafsluitende laag op bodems en oevers van vaarwegen, watergangen en bekkens gebruikt.
Voor toepassing in gebonden bekledingsconstructies bij kust- en oeverwerken kunnen op basis van de mengselsamenstelling de volgende asfaltmengsels, asfaltsoorten en toepassingsgebieden worden gedefinieerd:
Overzicht asfalt mengsel, soort en toepassing
|
Asfaltsoort |
Toepassing |
Zandasfalt |
- |
|
Waterbouwasfaltbeton |
6/16 (steenslag) 6/22 (steenslag) 4/16 (grind) |
|
Asfaltmastiek |
- |
|
Asfaltmortel |
- |
|
open steenasfalt |
16/22 (kalksteen) 20/40 (kalksteen) |
|
dicht steenasfalt |
16/22 (steenslag) 20/40 (steenslag/grind) |
|
Gietasfalt |
4/16 (grind) |
|
Bouwstoffenregelgeving
Asfalt voor kust- en oeverwerken wordt over het algemeen aangemerkt als vormgegeven bouwstof (bestaande werken vallen onder Besluit Bodemkwaliteit: categorie V). Materialen voor toplagen moeten in het kader van het Besluit bodemkwaliteit (Bbk; zie ook [Beleidsblad Besluit bodemkwaliteit (grondstromen)]) water- en vorstbestendig zijn en aan een eis voor dynamische verbrijzeling voldoen om als vormgegeven bouwstof aangemerkt te worden. De eis voor vorstbestendigheid is niet van toepassing als de bouwstof zich voortdurend onder water bevindt en niet onderhevig is aan vorst-dooiwisselingen.
Certificering
Zie [Bouwstoffase asfaltverhardingen].
Risico’s en beheersmaatregelen