Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Afvalstoffase calamiteitenafval

Omschrijving en euralcode

Definitie

Calamiteitenafval, zoals absorptiemiddelen en dispergeermiddelen, komen vrij bij incidenten op een dienstkringterrein, bouwplaats, (rijks)wegen en verzorgingsplaatsen of op het water (havens, kanalen, rivieren, sloten). De genoemde producten kunnen ook worden gebruikt voor het verwijderen van gemorste olie afkomstig uit lekkende werktuigbouwkundige installaties van bruggen. Verder zijn ze ook geschikt voor het opnemen van chemicaliën, vooral bij kleinere ongevallen. Bij grotere ongelukken, zoals een gekantelde tankwagen, is de brandweer betrokken, die behalve van de bovengenoemde producten gebruik maakt van mechanische bestrijdingsapparatuur.

Zeer Zorgwekkende stoffen

Calamiteitenafval bevat vaak een olie, afhankelijk van het type kan er een grote verscheidenheid aan ZSS in zitten. De afvalstromen die ontstaan bij het reinigen van brandstof- en olierestanten met detergenten kunnen verontreinigd zijn met een verscheidenheid aan ZZS (o.a. halogeen verbindingen en zware metalen). ZZS kunnen aanwezig zijn in deze afvalstroom. Sommige dispergeermiddelen kunnen giftige stoffen bevatten.

Het beleid in Nederland is om ZZS-en uit de maatschappij te weren. Afvalstoffen met daarin mogen slechts onder strikte voorwaarden gerecycled worden, voor enkele stoffen geldt dat zij per definitie vernietigd moeten worden. Calamiteitenafval moet daarom altijd met grote zorg worden opgeruimd. Voor meer informatie over ZZS zie het beleidskader van het externe linkLandelijk afvalbeheerplan Hoofdstuk B 14 .

Euralcode

Bij calamiteiten kunnen verschillende afvalstoffen vrijkomen. Olieafval en afval van vloeibare brandstoffen valt onder

Hoofdstuk

13 Olieafval en afval van vloeibare brandstoffen (exclusief spijsolie en onder de hoofdstukken 05, 12 en 19 vallende oliën)

Subhoofdstuk

13 08 niet elders genoemd olieafval

Specifieke code

13 08 99: niet elders genoemd afval

Aangezien oliën over het algemeen met absorptiemiddelen worden opgeruimd, kan ook van de volgende Euralcode sprake zijn:

Hoofdstuk

15 VERPAKKINGSAFVAL; ABSORBENTIA, POETSDOEKEN, FILTERMATERIAAL EN BESCHERMENDE KLEDING (NIET ELDERS GENOEMD)

Subhoofdstuk

02 absorbentia, filtermateriaal, poetsdoeken en beschermende kleding

Specifieke code

15 02 02* absorbentia, filtermateriaal (inclusief niet elders genoemde oliefilters), poetsdoeken en beschermende kleding die met gevaarlijke stoffen zijn verontreinigd

Hoofdstuk

12 Afval van de machinale bewerking en de fysische en mechanische oppervlaktebehandeling van metalen en kunststoffen

Subhoofdstuk

12 01 Afval van de machinale bewerking en de fysische en mechanische oppervlaktebehandeling van metalen en kunststoffen

Specifieke code

12 01 14*c: slib van machinale bewerking dat gevaarlijke stoffen bevat

12 01 15 c: niet onder 12 01 14 vallend slib van machinale bewerking

Afvalbeleid

Elke stof, preparaat of voorwerp waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen is een afvalstof (art 1.1 lid 1 Wm). Voor afvalstoffen gelden specifieke regels en is er een afvalstoffenbeleid dat staat beschreven in het Landelijk afvalbeheerplan (LAP). Voor een veel afvalstoffen is in het LAP een sectorplan opgenomen. Voor die afvalstoffen staat in de sectorplannen uitgebreide informatie over het specifieke beleid voor die afvalstoffen. Tot dat specifieke beleid behoort onder andere de minimumstandaard. Deze minimumstandaard geeft het niveau in de afvalhiërarchie waaraan de verwerking minimaal moet voldoen. In het beleidskader van het LAP staat hoe we in het algemeen met afvalstoffen in Nederland om gaan. Dit kader geeft het beleid over afvalbeheer, vergunningverlening en toezicht, acceptatie, verwerking, inzameling en gescheiden houden van afvalstoffen. In het beleidsblad [Landelijk afvalbeheerplan] staat meer informatie over de inhoud en doel van het LAP.

De minimumstandaard voor de verwerking van calamiteitenafval in de afvalfase staat in het sectorplan 63, externe linkOverig oliehoudend afval. Als olieafval is opgeruimd met (een emulgator en) water dan valt het afval onder sectorplan 58, externe linkOlie/water/slib mengsels en oliehoudende slibben. Calamiteitenafval waarbij andere stoffen vrijkomen dan olie vallen onder het externe linkAlgemene beleidskader omdat er geen specifiek sectorplan voor is binnen LAP3.

Opslag en transport

De eisen aan opslag en transport verschilt per stof. In bepaalde gevallen dient deze behandeld te worden als gevaarlijke stof met de daarbij behorende eisen. Absorptiemiddelen moeten worden opgeslagen in een vloeistofdichte voorziening.

Verwerking

Het afval afkomstig van reinigingswerkzaamheden na calamiteiten moet worden afgegeven aan, of opgehaald door een gecertificeerd bedrijf.

Incidenten op het water

Incidenten op het water (zee, grote binnenwateren) hebben meestal verontreiniging met olie en/of chemicaliën tot gevolg. Olieverontreiniging op zee kan op verschillende manieren worden bestreden:

  • Mechanische verwijdering: deze manier wordt in het algemeen toegepast, waarbij met behulp van keringen of schermen wordt de olie bij elkaar gedreven, waarna de olie door bijvoorbeeld afzuigen, afromen, afscheiden of een andere methode verwijderd wordt. Dit gebeurt met bijvoorbeeld skimmers, veegsystemen of busters. Het hierbij vrijkomende olie/watermengsel wordt verwijderd door verbranding. Hoofdgebruik als brandstof als vorm van nuttige toepassing is alleen toegestaan binnen inrichtingen waarin emissiebeperking is gereguleerd in specifiek regelgeving en/of daarop gebaseerde vergunningen.
  • Afbraak via natuurlijke weg: in bijzondere omstandigheden (hoge golven, beperkte hoeveelheid olie, locatie ver van de kustzone verwijderd, etc.) kan worden besloten om de olie via natuurlijke weg af te laten breken.
  • Gebruik van dispergeermiddelen: in uitzonderlijke gevallen (bedreiging van strand tijdens het hoogseizoen). De werking van dispergeermiddelen wordt onder andere door onderzoekers van de Universiteit Wageningen in twijfel getrokken:externe linkLeren van olieramp met Deepwater Horizon. Dispergeermiddelen zijn zelf ook giftig en kunnen een plak olie op de zeebodem tot gevolg hebben.
  • Plaatsing van oliekerende schermen: op binnenwateren kan de verspreiding van olie beperkt worden door het plaatsen van deze schermen; na samendrijven kan de olie worden verwijderd. De opgevangen olie/water mengsels dienen gescheiden worden in een olie fractie en een waterfractie. De minimumstandaard voor afgescheiden oliefractie ie een nuttige toepassing, waarbij hoofdgebruik als brandstof alleen is toegestaan binnen inrichtingen waarin emissiebeperking is gereguleerd in specifiek regelgeving en/of daarop gebaseerde vergunningen. De waterfractie moet gezuiverd worden gevolgd door lozing. Op binnenwateren worden om milieubezwaarlijke redenen geen detergenten toegepast.

Incidenten op het land

Incidenten op het land (wegen) hebben meestal verontreiniging met olie(producten) en/of chemicaliën tot gevolg, die zo snel mogelijk van het wegdek verwijderd dienen te worden. Voor het opnemen en verwijderen van vloeibare stoffen op de weg kan gebruik gemaakt worden van mechanische methode, dispergeermiddelen en absorptiemiddelen.

De absorptiemiddelen zitten na gebruik vol met olie of chemicaliën en moeten als bedrijfsafval of gevaarlijk afval worden afgevoerd naar een erkend verwerkingsbedrijf. Bij het gebruik van dispergeermiddel dient het opgezogen olie-water mengsel als bedrijfsafval of gevaarlijk afval te worden afgevoerd naar een erkende verwerker. Het afval dient in beide gevallen verwijderd te worden door verbranding.

Storten

Op grond van het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen (Bssa), artikel 1, eerste lid, categorie 1, geldt voor vloeibare afvalstoffen een stortverbod. Olie/water mengsels kunnen (afhankelijk van de viscositeit) onder deze categorie vallen.

Innovatie

Een groot deel van de reinigingsmiddelen komt in de berm terecht. Hierdoor neemt de vraag naar milieu vriendelijke reinigingsmiddelen toe. Het gebruik maken van micro-organismen die de vervuiling onschadelijk kunnen maken door inkapseling en afbraak is een innovatieve methode om olieverontreiniging te verwijderen.

Verwijderingsadviezen

  • Verwijder olie zoveel mogelijk mechanisch of met absorptiemiddelen.
  • Gebruik reinigingsmiddelen die zo min mogelijk milieubelastend zijn.
  • Gebruik reinigingsproducten die zeer lage dispergeermiddel of detergent concentraties hebben (in combinatie met een goede werkzaamheid).
  • Gebruik voor olieafval op een asfalt oppervlak een spuit-zuigwagen waarbij verdund reinigingsmiddel wordt gespoten, waarna het geheel wordt opgezogen.