Bouwstoffase geotextiel
Geotextielen worden vooral toegepast in de waterbouw (RAW 52).
In de wegenbouw worden geotextielen daarnaast toegepast als scheidingslaag tussen materialen, als grondwapening, als asfaltwapening en in steilbouwconstructies (geen RAW Bepalingen). Ook worden geotextielen gebruikt in grondwerken). Enkele bepalingen over uitvoeringsaspecten zijn opgenomen in paragraaf 22.02 van de Standaard RAW Bepalingen. Tenslotte worden geotextielen ook toegepast als scheidingslaag ter herkenning van twee milieuhygiënisch verschillende lagen.
Geokunststoffen worden in de waterbouw voornamelijk toegepast in constructies die bodems, oevers en waterkeringen beschermen. Daarnaast komen ze ook voor in afdichtingsconstructies.
De geokunststof wordt aangebracht tussen de ondergrond en de beschermende toplaag. Daarbij vervult de geokunststof de volgende functies:
- filter: het doorlaten van water uit de ondergrond, waarbij de grondkorrels worden tegengehouden.
- scheiding; het uit elkaar houden van twee grondsoorten.
- wapening: het verschaffen van ondersteuning aan een breuksteentoplaag (gecombineerd met een wiepenrooster) of het in verband houden van de blokken van blokkenmatten, die aan de geokunststof zijn vastgemaakt.
Bij het construeren van dammen en kribben kunnen geokunststoffen daarnaast worden gebruikt als omhulling van de kern van de constructie, die in zand wordt uitgevoerd. Ook als beschermingsconstructie van peilers en pijpleidingen kunnen geokunststoffen worden toegepast ter omhulling van loskorrelige materialen. Daarnaast zijn er geokunststoffen die gevuld worden met zand, dichtgenaaid en vervolgens afgezonken worden. Deze worden geocontainers en zandworsten genoemd. De uitvoeringswijze stelt bijzondere eisen aan de sterkte- en filtereigenschappen van de geokunststof.
Bouwstoffenregelgeving
Geotextielen zijn niet-steenachtige materialen en vallen derhalve niet onder de werkingssfeer van het Besluit bodemkwaliteit (Bbk; zie ook [Beleidsblad Besluit bodemkwaliteit (grondstromen)]).
Certificering
Certificering geokunststoffen, bestemd voor de toepassing als filter-, scheidings- en/of wapeningsconstructie op basis van BRL 1121.
Risico’s en beheersmaatregelen
Risico |
Maatregel |
Beschadiging door scherpe voorwerpen en bij aanbrengen bestorting, zonlicht |
Beperken storthoogte tot maximaal 1 m. Voorkomen dat de geotextielen door scherpe voorwerpen worden beschadigd. Niet lang blootstellen aan fel zonlicht. Na beschadiging is een licht geotextiel is te repareren door het inbouwen van een overlappende tweede laag. Plaatselijk repareren door het aanbrengen van een filterlaag is mogelijk, anders zal veelal vervanging nodig zijn. |
NEN en EN
Op geotextiel zijn de volgende Europese Normen van toepassing:
NEN-EN 13249 Geotextiel voor de wegenbouw
NEN-EN 13251 Geotextiel voor grondwerken, funderingen en keermuren
NEN-EN 13252 Geotextiel voor toepassing in drainagesystemen
NEN-EN 13253 Geotextiel in beschermconstructies tegen erosie (kust- en oeververdedigingswerken)
NEN-EN 13255 Geotextiel in de kanaalbouw
NEN-EN 13256 Geotextiel in de tunnelbouw en in ondergrondse werken
NEN-EN 13257 Geotextiel in opslagplaatsen voor vaste afvalstoffen
CE-markering is verplicht voor deze producten.