Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Afvalstoffase Olieresten

Euralcode en omschrijving

Definitie

Olieresten komen vrij bij het onderhoud van machines (o.a. motorolie, koel- en remvloeistof en smeervetten), metaalbewerking (o.a. draai- of snijolie) en bekistingen van betonwerken (bekistingsolie).

Zeer Zorgwekkende stoffen

In afgewerkte olie kunnen verschillende ZZS voorkomen. In PCB-houdende en halogeenhoudende oliën zitten in ieder geval ZZS. Daarnaast kan een grote verscheidenheid aan ZZS in oliën voorkomen, daarom moet afgewerkte olie altijd met grote zorg gescheiden en verwerkt worden.

Euralcode

Olieresten vallen onder hoofdstuk 13 van de Eural betreffende olieafval en afval van vloeibare brandstoffen (exclusief spijsolie en 05, 12 en 19 vallende oliën). De Euralcode is afhankelijk van de afvalstof die vrijkomt bij een bepaald deelproces. In hoofdstuk 13 zijn alle Euralcodes aangemerkt met een *. Dit houdt in dat de afvalstof gevaarlijk is. Olieresten dienen dan ook als gevaarlijke afvalstoffen beschouwd te worden. Er is geen lijst opgenomen van de Euralcodes in hoofdstuk 13 omdat dit er tientallen zijn. De omschrijvingen bij de Euralcodes spreken voor zich.

Afvalbeleid

Elke stof, preparaat of voorwerp waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen is een afvalstof (art 1.1 lid 1 Wm). Voor afvalstoffen gelden specifieke regels en is er een afvalstoffenbeleid dat staat beschreven in het Landelijk afvalbeheerplan (LAP). Voor een veel afvalstoffen is in het LAP een sectorplan opgenomen. Voor die afvalstoffen staat in de sectorplannen uitgebreide informatie over het specifieke beleid voor die afvalstoffen. Tot dat specifieke beleid behoort onder andere de minimumstandaard. Deze minimumstandaard geeft het niveau in de afvalhiërarchie waaraan de verwerking minimaal moet voldoen. In het beleidskader van het LAP staat hoe we in het algemeen met afvalstoffen in Nederland om gaan. Dit kader geeft het beleid over afvalbeheer, vergunningverlening en toezicht, acceptatie, verwerking, inzameling en gescheiden houden van afvalstoffen. In het beleidsblad [Landelijk afvalbeheerplan] staat meer informatie over de inhoud en doel van het LAP.

De minimumstandaard voor de verwerking van olie van verbrandingsmotoren, versnellingsbakken, smeerolie, olie voor turbines en hydraulische olie staat in sectorplan 56, externe linkAfgewerkte olie. Hieronder staan alle sectorplannen waarbij olie een rol speelt. Het gaat zowel om de olie zelf (in het afvalstadium), als om afvalstoffen die olie bevatten, zoals oliefilters en metalen met aanhangende olie.

Opslag

De opslag van afgewerkte olie dient zodanig te gebeuren dat de bodem en het grondwater niet verontreinigd kunnen worden als gevolg van lekkage. Daarnaast moeten verschillende typen olie gescheiden opgeslagen worden om zo hoogwaardig mogelijke verwerking van de olie mogelijk te maken.

Transport

Aan het transport worden geen speciale eisen gesteld. Transport moet uiteraard wel plaats vinden in een daarvoor geschikt voertuig met de daarbij behorende veiligheidsmaatregelen. Ook tijdens transport moeten verschillende typen olie gescheiden blijven.

Inzameling

Afgewerkte olie kan door bedrijven/instellingen als volgt worden verwijderd:

  • zelf afgeven van kleine hoeveelheden aan een gemeentelijk of regionaal depot;
  • laten ophalen in een deugdelijke verpakking (tot 200 liter) door een inzamelaar van KGA;
  • laten ophalen in bulk door een inzamelaar van afgewerkte olie;
  • overigens mogen bulkinzamelaars ook kleinere hoeveelheden dan 200 liter inzamelen.

De inzameling van afgewerkte olie die valt onder de in Artikel 9 genoemde afvalstoffen in het externe linkBesluit inzamelen afvalstoffen is vergunningsplichtig. Het scheiden en gescheiden houden van de verschillende soorten afgewerkte olie is hierbij voorgeschreven. Afgewerkte olie mag alleen worden afgegeven aan een bedrijf dat in het bezit is van een vergunning voor de inzameling van deze afvalstof. Daarnaast dient afgewerkte olie gemeld en geregistreerd te worden aan de hand van de Eural.

Voor scheepsafval, inclusief de afgewerkte olie afkomstig van schepen, bestaat een aparte inzamelingsstructuur.

Verwerking

Het externe linkBesluit inzamelen afvalstoffen maakt onderscheid tussen de verschillende typen olie om ervoor te zorgen dat de verschillende typen olie zoveel mogelijk gescheiden worden ingezameld, opdat een zo hoogwaardig mogelijke verwerking plaatsvindt. Het beleid ten aanzien van de verwerking van olie is in Nederland gericht op andere nuttige toepassing. Er zijn vier mogelijke verwerkingsmethoden:

  • Opwerken tot basisolie. Hierna kan de olie opnieuw worden ingezet als grondstof voor onder andere smeerolien.
  • Opwerken tot gasolie. Een mengsel van minerale, synthetische en plantaardige smeer- en systeemolie kan door middel van destilleren en chemische nabehandeling worden opgewerkt tot gasolie of een gelijkwaardige brandstof;  gebruik als brandstof.
  • Afgewerkte olie met een te hoog organisch halogeengehalte na centrifugeren wordt ingezet als brandstof (verbranding met energiewinning);
  • verbranden als afvalstof. Indien de afgewerkte olie een te hoog gehalte aan polychloorbifenylen of polychloorterfenylen heeft, kan deze slechts worden verwijderd door als afvalstof te worden verbrand.

In geen van de bovenstaande gevallen mag een brandstof worden gemaakt die wordt toegepast in voer- of vaartuigen of andere mobiele toepassingen.