Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Handhaving, Organisatie

Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer
Dit besluit bevat een aantal wettelijke eisen waaraan handhavingsorganisaties moeten voldoen. Deze eisen zijn ook van toepassing op organisaties die de bodemsaneringsregels handhaven. Het gaat onder meer om de hieronder weergegeven eisen.

Afgestemd handhavingsbeleid en uitvoeringsprogramma
Een bestuursorgaan moet zijn handhavingsbeleid afstemmen met het handhavingsbeleid van de andere betrokken bestuursorganen en de organen die belast zijn met de strafrechtelijke handhaving. Bovendien moet het beleid inzicht geven in de afspraken die zijn gemaakt met deze organen over de samenwerking bij en de afstemming van de werkzaamheden. Dat zal onder andere betrekking hebben op de handhaving van de zorgplicht van de Wet bodembescherming waarvoor meerdere bestuursorganen bevoegd zijn tot handhaving. [Handhaving, Bevoegdheid bestuursrechtelijke sanctionering]).

Jaarlijks moeten bestuursorganen een uitvoeringsprogramma opstellen dat ze moeten afstemmen met de andere betrokken bestuursorganen. Het programma geeft de benodigde en beschikbare financiële en personele middelen aan. Als dat nodig is vult het bestuursorgaan deze middelen aan.

Eisen aan de organisatie
De organisatie moet zodanig zijn ingericht dat een adequate en objectieve uitvoering van het handhavingsbeleid en het uitvoeringsprogramma is gewaarborgd. Om dit te bereiken moet de organisatie onder andere:

  • personen die zijn belast met de voorbereiding van beschikkingen, niet aanwijzen als toezichthouder, of betrekken bij het voorbereiden of uitvoeren van bestuursrechtelijke sancties; de medewerker die beschikkingen op ingediende saneringsplannen, evaluatieverslagen of nazorgplannen voorbereidt mag dus niet ook toezicht houden op de naleving daarvan of betrokken zijn bij het toepassen of uitvoeren van een sanctie;
  • de personeelsformatie voor de handhaving en de daarbij behorende taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vastleggen;
  • een toezichthouder niet voortdurend belasten met het uitvoeren van toezicht bij een bepaalde inrichting;
  • de toezichthouders en andere bij de handhaving betrokken personen adequaat opleiden;
  • protocollen hebben met een beschrijving van de werkwijze bij toezicht en sanctionering;
  • systematisch controleren of de medewerkers conform deze protocollen werken;
  • adequate technische, juridische en administratieve voorzieningen beschikbaar stellen;
  • ervoor zorgdragen dat handhavingsinstrumenten en -apparaten in een goede staat van onderhoud verkeren en zijn gekalibreerd;
  • met een geautomatiseerd systeem de resultaten en de voortgang bewaken van de uitvoering van het beleid en het uitvoeringsprogramma;
  • de met de handhaving verkregen gegevens registreren; dit betreffen onder andere het aantal uitgevoerde controles en het aantal geconstateerde overtredingen;
  • periodiek rapporteren en jaarlijks evalueren.

Normatieve kwaliteitsdocumenten
De normbladen externe linkSIKB 8001 (provincies)en externe linkSIKB 8002 (gemeenten) bevatten een nadere uitwerking van het Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer voor de handhaving bij bodemsaneringen en geven daar een aantal aanvullingen op. Handhavingsorganisaties kunnen vrijwillig besluiten om conform deze kwaliteitsrichtlijnen te werken.

De normbladen bevatten de hieronder weergegeven eisen.

Beleid
Het bevoegde gezag dient de aard en de frequentie van het toezicht op saneringen en nazorg vast te leggen. Daarbij moet hij rekening houden met het karakter van nazorg, zowel voor overheidssaneringen als voor saneringen door derden. Bovendien moet hij aangeven op welke wijze hij voldoet aan de landelijk vastgestelde kwaliteitscriteria voor milieuhandhaving.

Beschikbare middelen
Het bevoegde gezag moet ervoor zorgen dat middelen en menskracht beschikbaar zijn om systematisch controles uit te voeren, waarbij de kans op ontdekking van overtredingen dusdanig hoog is dat daarvan een redelijke preventieve werking uitgaat.

Registratie
De resultaten van iedere uitgevoerde controle moet het bevoegde gezag vastleggen, documenteren en beschikbaar stellen aan eigen personeel dat vanuit zijn functie bij het sanerings- en nazorggeval is betrokken. Het bevoegde gezag moet vaststellen hoe hij optreedt bij afwijkingen van de saneringsbeschikking en het saneringsplan. Tevens moet het bevoegde gezag vastleggen wanneer tijdens toezicht geconstateerde onregelmatigheden ertoe leiden dat hij een sanctie oplegt.

Rapporteren
Periodiek, doch minstens jaarlijks, rapporteert het bevoegde gezag de resultaten van de toezichtactiviteiten en beoordeelt hij of de ervaringen in het veld consequenties hebben voor:

  • het beoordelen van bodemonderzoeken, evaluatieverslagen, saneringsplannen en nazorgplannen;
  • het beschikken op bodemonderzoeken, saneringsplannen, evaluatieverslagen en nazorgplannen;
  • de overdracht van de definitieve beschikking naar de toezichthouder;
  • de wijze waarop hij aard en frequentie van het toezicht bepaalt;
  • de wijze waarop hij toezicht houdt;
  • de toepassing van sancties.

Bodem in zicht II
Het rapport externe linkBodem in zicht II bevat een aantal eisen waaraan handhavingsorganisaties volgens de VROM-Inspectie zouden moeten voldoen.

Het bevat criteria aan de hand waarvan de VROM-Inspectie heeft beoordeeld of er sprake is van adequaat toezicht op bodemsaneringen. Goed toezicht moet volgens de VROM-Inspectie voldoen aan de volgende criteria (opgenomen en uitgewerkt in een bijlage bij het rapport):

  • onafhankelijk (hiertoe de benodigde functiescheiding);
  • transparant (verifieerbaar, verslaglegging, dossiervorming);
  • toegerust (mensen voldoende opleiding en ervaring, toegang tot informatie);
  • gericht (voor het bepalen van de prioriteit van controle hanteert men een risicobenadering).

Het model waarin de toetsingscriteria zijn opgenomen bestaat uit twee delen: (1) levert de organisatie de juiste randvoorwaarden en (2) voert de organisatie de juiste toezichtacties kwalitatief goed en in voldoende mate uit.

Toezichtloket
Samenwerking en informatie-uitwisseling zijn cruciaal voor een succesvolle handhaving. Het Toezichtloket, dat is ingesteld door de VROM-Inspectie en de Inspectie Verkeer en Waterstaat, is bedoeld voor toezichthouders en bedrijven om overtredingen van het Besluit bodemkwaliteit (Kwalibo) of vermoedens daarvan kenbaar te maken bij de Inspecties. Volgens Kwalibo hebben beide Inspecties de bevoegdheid op te treden tegen intermediairs die zonder erkenning of in strijd met onderliggende normdocumenten opereren. Voor de uitoefening van deze taak willen de Inspecties zoveel mogelijk gebruik maken van de kennis van anderen. Het lokale bevoegde gezag verkrijgt in het kader van zijn reguliere taken bij bodemwerkzaamheden vaak informatie over of van intermediairs. Bovendien kunnen zij overtredingen constateren waarbij een bodemintermediair is betrokken. Het lokale bevoegde gezag is over het algemeen niet bevoegd om een bestuursrechtelijke sanctie op te leggen aan de intermediair. [Handhaving, Bevoegdheid bestuursrechtelijke sanctionering]

Via het toezichtloket kunnen zij overtredingen en signalen met een digitaal formulier melden aan het Toezichtloket. De inspecties van VROM en VenW beoordelen de gemelde gegevens, doen eventueel nader onderzoek en zullen zonodig actie ondernemen richting de desbetreffende intermediair. De inspecties houden het bevoegde gezag dat de informatie heeft verstrekt, op de hoogte van het vervolg. Zie de website van de VROM-inspectie voor externe linkmeer informatie over het Toezichtloket.

Via deze link is het externe linkdigitale formulier te benaderen.

Zie voor meer informatie over het Toezichtloket en de rol van de VROM-Inspectie en de Inspectie Verkeer en Waterstaat bij de handhaving van de Kwalibo wetgeving het gelijknamige informatieblad: externe linkHandhaving Besluit uitvoeringskwaliteit bodem (Kwalibo), Rol van de VROM-Inspectie en de Inspectie Verkeer en Waterstaat

Specifieke handhavingsinstrumenten voor bodembeheer zijn deexterne linkHandhavingsuitvoeringsmethode bodemsaneringen de externe linkHandhaving Uitvoeringsmethode grondstromen.