Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Nazorg, trends en ontwikkelingen in het beleid

Ten aanzien van wetgeving en beleid zijn er ontwikkelingen die een relatie hebben met nazorg en sturing van (langdurige) in-situ saneringen. Heden (1 januari 2007) doen zich de volgende ontwikkelingen voor:

  • de huidige Wet Bodembescherming (Wbb) die vanaf januari 2006 van kracht is moet bij veel bevoegde gezagen in uitvoerende beleidsstukken worden doorgevoerd;
  • de ombouw van de Wbb in de Wet Milieubeheer (Wm);
  • een wettelijke nazorgregeling ter vervanging van het NAVOS-project voor de voormalige stortplaatsen.
  • door de Inspectie Verkeer en Waterstaat (IVW) wordt een richtlijn nazorg waterbodemsanering opgesteld die als inspectiekader voor rijkswaterstaat zal gaan gelden.

Veel bevoegde zagen hebben in hun bodembeleid en/of bodemsaneringsprogramma’s aangegeven dat het beleid ten aanzien van nazorg zal worden herzien of opnieuw worden opgesteld op basis van de huidige Wbb die sinds januari 2006 van kracht is. Hierbij zijn enkele belangrijke aandachtspunten te onderscheiden:

  • Handhaving en toezicht
    Uit onderzoek door de VROM-Inspectie blijkt dat de ontwikkeling naar een adequaat niveau voor toezicht en handhaving bij bodemsaneringen moeizaam verloopt (zie Bodem in Zicht II). In vervolg op dit onderzoek is in 2004 het project "Definiëren kwaliteit van toezicht bodemsanering", SIKB-PRJ 59 gestart. De doelstelling van dit project is het definiëren van adequate handhaving van de Wbb, door het aanreiken van een handreiking en een Handhavingsuitvoeringsmethode (HUM). Deze documenten zijn daarmee een nadere invulling van § 3.4 van de normen BRL SIKB 8001 en BRL SIKB 8002. Inmiddels (1 januari 2007) is het rapport Handreiking adequate bestuurlijke handhaving Wbb SIKB definitief vastgesteld met het advies de documenten uit voornoemd project als nationale standaard vast te leggen. Tevens is een externe linkHUM-Wbb opgesteld. Nazorg wordt als apart onderdeel behandeld in deze HUM Wbb. Uitgaande van een beschikt nazorgplan zal de controle zich richten op de registratie, monitoringsgegevens, nazorgvoorzieningen en gebruiksbeperkingen. Vervolgens kan op basis van artikel 39 e van de Wbb handhavend worden opgetreden (bestuurs- of strafrechtelijk). Zie ook [Handhaving, Handhavingstrategie] en [Handhaving, Organisatie].
  • Uniformering van modellen voor nazorg
    Het project externe linkBEUK richt zich op de verbeteringen die op de korte termijn en binnen de huidige wet- en regelgeving kunnen worden gerealiseerd. Het uitgangspunt is de uniformering van saneringsplannen, evaluatieverslagen en nazorgplannen. Niet in de vorm van modelteksten of andere gedetailleerde invullingen. In een ‘toetslijst’ waarin de overheidseisen samenvattend zijn beschreven worden ook de eisen van de overheid waar mogelijk geüniformeerd.
  • Gebiedsgerichte benadering
    De huidige Wbb is gevalsgericht. Vooral in gebieden met veel grondwaterverontreinigingsgevallen (“pluimen”) is het vaak lastig c.q. onmogelijk of inefficiënt om deze gevallen individueel aan te pakken. Gebiedsgericht beheer van een 'grondwaterlichaam' met verontreinigde pluimen kan dan mogelijk een goedkoper alternatief bieden. Dit is aldus het SKB project Gebiedsgericht beheer verontreinigd grondwater en nazorg (SKB-project PP 5302) één van de redenen om gebiedsgericht beheer van ernstig verontreinigd grondwater als serieus alternatief voor een gevalsgerichte benadering te onderzoeken. Landelijk worden op diverse plaatsen initiatieven ontplooid om de haalbaarheid van gebiedsgericht beheer van verontreinigd grondwater te verkennen. Dit betreft gemeenten, provincies, milieudiensten en grote terreinbeheerders zoals het Havenbedrijf Rotterdam.