Gestimuleerde aërobe afbraak, milieubelasting en -verdienste

Emissies naar de lucht

Bij biosparging en bioventing wordt in de meeste gevallen gebruik gemaakt van een bodemluchtafzuiging met zuivering die zorgt voor een minimale emissie naar de lucht. Emissies naar de lucht via de luchtzuivering treden alleen op bij doorslag van het filter. Door goede bedrijfsvoering kan dit echter eenvoudig voorkomen worden. Gemiddeld komt bij sanering middels bodemluchtextractie 50 tot 250 m3/uur vrij. Concentraties van verontreinigende stoffen in de onttrokken lucht variëren van enkele tot tientallen grammen per m3. De emissie valt in het algemeen niet onder de Nederlands Emissie Richtlijnen omdat de vracht te klein is.

Afvalstoffen

Bij het plaatsen van injectie- en onttrekkingsfilters komt een afvalstroom vrij in de vorm van afgegraven verontreinigde grond. Bij biospargng en bioventing komt bij het zuiveren van verontreinigd bodemgas een afvalstroom vrij in de vorm van actieve kool of verontreinigd slib. Bij hoge concentraties verontreinigende stof in de bodemlucht kan worden besloten de actieve kool te regenereren, waardoor de afvalstroom wordt verkleind.

Overlast

Het grote voordeel van in situ biologische afbraak is dat de techniek zeer weinig overlast bezorgt aan de omgeving. De benodigde filters worden meestal geheel ondergronds aangelegd, zodat hierdoor geen overlast optreedt. Bebouwing kan blijven bestaan, wegen hoeven niet te worden opgebroken en er is weinig overlast door af- en aan rijdende vrachtauto’s, omdat nauwelijks verontreinigde grond hoeft te worden afgevoerd. Tijdens de toepassing van biosparging of biovenitng zal de overlast zal met name bestaan uit geluid. In het algemeen worden de injectie en afzuigunits in een container geplaatst, deze container kan geluiddicht worden gemaakt, waardoor de overlast beperkt wordt.

Milieuverdienste

Over het algemeen kan worden gesteld dat toepassing biologische in situ sanering in vergelijking met andere saneringsmethoden een hoge milieuverdienste heeft. Bij biosparging en bioventing wordt de milieuverdienste gedomineerd door het energieverbruik. Dit energieverbruik hangt samen met de gebruikte injectiedebieten en -drukken. Over het algemeen is het energieverbruik van het persluchtinjectiesysteem hoger dan van het bodemluchtextractiesysteem. Persluchtinjectie wordt meestal gecombineerd met bodemluchtextractie in de onverzadigde zone. Bij het berekenen van de milieuverdienste moet met deze combinatie rekening worden gehouden. Bij het gebruik van vaste zuurstofbronnen dient rekening te worden gehouden met het energieverbruik en andere milieu-effecten bij de productie ervan.