Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Gestimuleerde aërobe afbraak, uitvoeringsvorm bioventing

Bij bioventing wordt in de onverzadigde zone zuurstof ingebracht door het inblazen van perslucht en/of het onttrekken van bodemlucht. Door het aanleggen van een onderdruk of een overdruk in de bodem vindt verversing van de bodemlucht plaats met buitenlucht. Dit heeft de volgende effecten op verontreinigingen:

  • de aërobe afbraak wordt gestimuleerd doordat zuurstof wordt toegevoegd
  • de vervluchtinging wordt bevorderd doordat de verontreiniging via de gasfase wordt afgevoerd

Bij bioventing ligt de nadruk op het stimuleren van biologische aërobe afbraak en is vervluchtiging in principe een ongewenst effect. Wanneer vervluchtiging het hoofddoel is, wordt meestal gebruik gemaakt van bodemluchtextractie met grotere onderdruk. Bioventing wordt daardoor vooral toegepast voor biologisch afbreekbare verbindingen die niet of nauwelijks vluchtig (meer) zijn.

Wanneer lucht wordt geïnjecteerd zonder onttrekking moet de zekerheid bestaan dat als gevolg van de injectie geen onacceptabele verspreiding naar bedreigde objecten optreedt. De lucht wordt onttrokken of geïnfiltreerd door middel van ventilatoren/blowers. Bodemlucht kan worden onttrokken uit verticale filters of horizontale drains. Indien er bebouwing of infrastructuur aanwezig is kunnen met behulp van gestuurde of geperste boringen horizontale drains onder de bebouwing of objecten worden aangebracht.

Omdat de verzadigde zone doorgaans van nature al aëroob is, is het zuurstofverbruik door de bodem beperkt en kan voor de dimensionering worden uitgegaan van de zuurstofbehoefte die nodig is voor de afbraak van de verontreiniging.

Bij waterdoorlatendheden van meer dan 0,5 m/dag kan bodemluchtonttrekking zonder meer goed toegepast worden. Een heterogene bodemopbouw kan een negatieve invloed hebben op de saneringduur het saneringsresultaat, omdat minder doorlatende lagen slechter/niet doorstroomd worden met lucht. Heterogeniteit kan tevens de invloedssfeer sterk wijzigen. Door het uitvoeren van een pilot test in het veld kan hieromtrent meer zekerheid worden verkregen.

in Nederland wordt bioventing in beperkte mate toegepast omdat de verzadigde zone doorgaans klein is. Als de verontreinigingen ook in de verzadigde zone aanwezig zijn, kan de onverzadigde zone worden vergroot door het onttrekken van grondwater. Dit kan uitgevoerd worden in een separaat grondwater en bodemluchtonttrekkingssysteem of in een gecombineerd grondwater -en bodemluchtonttrekkingssysteem (bioslurping) waarbij gelijktijdig lucht en water uit een filter wordt onttrokken. De effectiviteit van bioventing wordt dan door het verlagen van de grondwaterstand sterk vergroot, maar het systeem vereist daardoor wel een aanvullende watezuivering. De onderstaande figuur 1 geeft een schematisch overzicht van een bioventing systeem bestaand uit bodemluchtonttreking in combinatie met verlaging van de grondwaterstand.

Figuur 1

Schematisch overzicht van een bioventing systeem bestaand uit bodemluchtonttreking in combinatie met verlaging van de grondwaterstand