Richtlijn herstel en beheer (water)bodemkwaliteit

Drijflaagverwijdering door skimmen, principe van de techniek

Bij drijflaagverwijdering door skimmen worden ter plaatse van de drijflaag open sleuven of putten gegraven of worden volledig geperforeerde filters geplaatst tot onder de grondwaterstand. Vervolgens wordt met een skimmer de drijflaag die zich in de plaatselijke ontgraving of de filters verzameld, verwijderd. Skimmers kunnen in twee hoofdgroepen worden ingedeeld:

  1. Skimmers die gebruik maken van de vloeibaarheid van drijflaagproduct (inclusief mengsels met water)
  2. Skimmers die gebruik maken van de adhesie (hechtende) eigenschappen van het drijflaagproduct aan een oppervlak.Voorwaarde voor deze variant is dat de drijflaag bestaat uit een visceuze, hydrofobe olie die makkelijk hecht aan skimmermateriaal.

In de eerste groep, die gebruik maakt van de vloeibaarheid van drijflaagproduct, kunnen we de volgende principes onderscheiden:

  1. Directe afzuiging door middel van pneumatisch aangedreven pompen die, bevestigd aan een drijflichaam met een zuigmond, selectief de drijflaag van het grondwater afpompt (de zogenaamde ‘scavengers’). Scavengers bestaan er in verschillende uitvoeringsvormen. Alle onderdelen van deze systemen zijn explosieveilig uitgevoerd
  2. Verwijdering via een overstortrand, waarbij de drijflaag van het wateroppervlak wordt afgeroomd door gebruik te maken van een kering (al of niet instelbaar) waar de olie overheen stroomt in een reservoir met een vloeistofniveau dat lager is dan het niveau van de omringende vloeistof
  3. Verwijdering met behulp van een ronddraaiende transportband die de olie min of meer continu van het water afschept
  4. Verwijdering door centrifugaal kracht (hydrocycloon), waarmee drijflaagproduct en water door een verschil in soortelijke massa worden gescheiden.

Systeem Ia en Ib worden het meest toegepast in de praktijk.

 

 

Scavengers geschikt voor filters

(Bron QED Environmental systems)

Scavengers geschikt voor open put of sleuf

(Bron Clearmake en megator)

Figuur 1 Scavengers voor drijflaagverwijdering

De tweede groep, die gebruik maakt van hechting, kan verder worden ingedeeld in:

  1. Draaiende schijven type: de olie blijft kleven aan draaiende schijven en wordt afgeschraapt
  2. Draaiende band type: met behulp van een oliehechtende lopende band die onder een hoek door het water en de olie draait waarna product van de band wordt geschraapt
  3. Drijvende kabel (dweil) type: door middel van een eindeloze olieabsorberende kabel die continu door de olie wordt gehaald en daarna wordt uitgewrongen, wordt de olie verzameld.

Figuur 2 Principe van een (hechtende) bandskimmer (Bron: Ecotax Filtertechniek)

De volgende stap in het verwijderingsproces nadat de olie van het wateroppervlak is verwijderd met één van bovengenoemde principes, is het transport naar de opslagtank. Systemen die gebruik maken van de vloeibare eigenschap, verzamelen en transporteren de olie vaak in één stap (met uitzondering van de overstortsystemen waarbij het verzamelde mengsel nog moet worden afgevoerd naar de opslag).

De drijflaag in de omringende bodem stroomt naar de plaatselijke ontgraving of de filters waar continu product wordt verwijderd door de skimmer. Door skimmen worden drijflagen veelal niet volledig verwijderd, omdat de drijflaag in de omringende bodem niet volledig naar de plaatselijke ontgraving of de filters stroomt. Dit hangt af van de bodemopbouw (doorlatendheid) en het verontreinigingstype (viscositeit). De saneringsduur bedraagt in het algemeen enkele tot vele maanden, afhankelijk van de toestroomsnelheid van de drijflaag, die opnieuw bepaald wordt door bodemopbouw en doorlatendheid.

De locatie van de plaatselijke ontgraving of de filters is relatief flexibel zodat de aanwezigheid van kabels en leidingen geen probleem hoeft te zijn, in tegenstelling tot volledige ontgraving. Ook hoeft de aanwezigheid van bovengrondse infrastructuur, binnen bepaalde afmetingen, geen probleem te zijn als er mogelijkheden zijn om langs de bebouwing (binnen de drijflaagcontour) sleuven of putten te graven of filters te plaatsen. Dit zal echter wel consequenties hebben voor de saneringsduur.

Skimmen is in principe voor alle bodem- en verontreinigingstypes toepasbaar. In de praktijk wordt deze techniek vooral toegepast bij enigszins mobiele drijflagen in zandige bodems om een redelijke toestroming te bereiken en de saneringsduur te beperken. Bij vluchtige componenten dient rekening te worden gehouden met verdamping, blootstellingsrisico’s, explosiegevaar en geuremissies.