Bouwstoffase schuimbeton
In de GWW-sector wordt schuimbeton toegepast voor:
- zettingsarm funderen van wegen (met name in zettingsgevoelige gebieden) (RAW 28).
- aanvullen van ruimten achter kademuren of damwanden (RAW 28).
- snel en zettingsarm bouwrijp maken van terreinen.
- construeren van grond- en taludstabilisaties.
Hieronder worden de toepassingen fundering en aanvullen van ruimten achter kademuren gecombineerd beschreven omdat verwezen wordt naar dezelfde RAW bepalingen.
Zie [Constructief gedrag en materiaaleigenschappen] voor de legenda bij deze figuur.
Schuimbeton wordt toegepast in zettingsgevoelige gebieden als lichtgewicht plaatfundering voor wegen. Het is door de gunstige druksterkte en stijfheid een combinatie van lichtgewicht ophoogmateriaal en funderingsmateriaal.
Tevens wordt schuimbeton toegepast achter een damwand als samenhangende lichtgewicht aanvulling. Het primaire doel van het schuimbeton achter damwanden is het reduceren van de horizontale belastingen op de damwand, waardoor ankerkrachten afnemen en de damwand van een lichter (goedkoper) profiel kan worden gemaakt. Een secundair effect is het reduceren van zettingen net achter de damwand door de aanvulling met het lichte materiaal schuimbeton.
Bouwstoffenregelgeving
Onder het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) valt schuimbeton onder de categorie V (vormgegeven) bouwstof (bestaande werken onder Besluit Bodemkwaliteit: categorie V) (zie ook [Beleidsblad Besluit bodemkwaliteit (grondstromen)]).
Certificering
Er is geen certificering voor schuimbeton.
CUR
In CUR-rapport 181 Werken met schuimbeton is informatie opgenomen over eigenschappen en toepassingsmogelijkheden van schuimbeton. Daarnaast wordt ingegaan op het ontwerpen van constructies met schuimbeton.
Risico’s en beheersmaatregelen
Risico |
Maatregel |
Beschadiging aangebrachte schuimbeton door aanbrengen puinfundering. |
Het aanbrengen van de puinfundering geschiedt bij voorkeur volgens de methode "over de kop werken". Dit houdt in dat het werkmaterieel niet direct op de schuimbetonplaat rijdt, maar over het vooruit gestorte materiaal (puin). |
Uitdroging en scheurvorming |
Uitdroging en scheurvorming kunnen worden voorkomen door goede nabehandeling, bijvoorbeeld door afdekken met sterk dampremmende materialen zoals kunststoffolie. |
Ontmenging bij regen |
Niet storten bij regen. Na 24 uur uitharden heeft regen over het algemeen geen negatief effect meer |
Lange verhardingstijd |
Materiaal “opsluiten” (opstaande randen aanbrengen) |
Verdrinkingsgevaar voor mens en dier |
Het werk afzetten en beveiligen |